Terwijl ik gisteren nog een bange berggeit was, heb ik mezelf vandaag een beetje overtroffen.
Die afdaling gisteren viel achteraf gezien eigenlijk nog mee. Ik stippelde vol goeie moed vandaag een andere wandeling uit. We kochten een Panorama Pass, waarmee we op 33 verschillende kabelbanen kunnen in deze regio, handig en goedkoper dan telkens apart een kabellift betalen. Lift nummer één kennen we: naar col Rodella, opstapplaats vlak bij ons om de hoek en meteen naar 2220 meter hoogte. Zo’n lift waar er wel 100 mensen tegelijk in kunnen en waar je dus beter je mondmasker opzet.
Daarna: klein zetelliftje naar Rifugio Des Alpes, een beetje lager. En daarna, dat had ik al uitgebreid opgezocht, een kabelbaan met hangende telefooncabines. Het is zo gek als het klinkt, echt waar. Je stapt een mini-telefooncabine in, of nee, je wordt er in geduwd en mijn lief werd er dan nog bij geduwd en zo hang je samen in een bakje, voor een tiental minuten, tot aan de Sasso Lungo op 2685 meter. Vreselijk hoog, tussen de rotsen!

Daar word je terug uit de cabine geholpen/gesleurd en begin je aan “The long way down” – hadden ze mij dit op voorhand verteld, ik was er nooit aan begonnen. Een combinatie van omlaag rotsen klimmen, met dikke keien die de Rolling Stones doen verbleken, met wellicht een prachtig uitzicht waar ik niks van zag omdat ik constant bezig was met me te concentreren op de volgende stap. Maar ik gaf geen kik.

Hier en daar wat gletsjerijs, maar ik heb liever straciatella… 😉
So far so good, lang leve de stokken om mij tegen te houden en mijn lief die mij telkens weer moed insprak. Eenmaal beneden was de weg mooi, afwisselend omhoog en terug omlaag, in totaal zo’n zestien kilometer. Veel wandelaars op die weg, want deze rondwandeling werd echt wel gepromoot. We zagen families met kinderen, oudere mensen, jonge springers en alles daar tussenin.

Mijn knie hield stand, al had ik wel pijn de laatste vijf kilometer, maar het ging nog wel. Met een knieband, zalf en die stokken, was het nét te doen. Al bij al vind ik dat ik een puike prestatie heb geleverd, in tegenstelling tot het flauw afkooksel gisteren. Hoogtevrees had ik amper, val-vrees wel, maar het ging. En het was er écht wel mooi.